Mtb`ers zijn mountainbikers. Ze racen bij voorkeur in groepen dwars door het bos. Naar elkaar roepend of schreeuwend, zodat ze wandelaars op bospaden soms maar ternauwernood kunnen ontwijken. Er zijn onverlaten bij die het bestaan om ook nog te gaan roepen of bellen als ze een wandelaar op het bospad zien. Gelukkig zijn er honden die beseffen dat dit gedrag niet normaal is. De schatten zetten soms de aanval in en jagen de mtb`ers flink op terwijl ze proberen in de kuiten te bijten. Maar wat is er werkelijk tegen te doen? Deze soort kan niet begrijpen dat er mensen zijn die op hun akkertje door het bos slenteren om van de buitenlucht en de stilte te genieten. Deze mensen worden opgeschrikt door een of meer wildemannen die met een fiets woest over de bospaden scheuren. De recent opgerichte Vereniging van Boze Boswandelaars studeert op mogelijkheden om de overlast van deze mensensoort zo veel mogelijk terug te dringen. Op dit moment grijpen wandelaars incidenteel en ongeorganiseerd in. In bospercelen waar veel mtb`ers rond raggen worden takken of boomstammen over wandelpaden gelegd. Deze manier van ontmoedigen werkt heel effectief, maar het moet wel ongezien gebeuren, want gefrustreerde mtb`ers zien het als fietsertje pesten dat met harde hand moet worden aangepakt. In duingebieden worden wel de stekels van de duindoornstruiken over de paden gestrooid om lekke banden te veroorzaken. Ook dat is inmiddels een beproefde methode. De Vereniging hoopt met georganiseerde mountainbikers en veldrijders in gesprek te komen over manieren om de overlast te beperken. Een mogelijke oplossing is het creëren van fietsvrije bospercelen waar niet ongestraft kan worden geracet. Op die manier kan de boswandelaar weer van de stilte en de rust genieten. Enigszins. Want in de herfst hoort hij op de achtergrond natuurlijk altijd het geloei van de onvermijdelijke bladblazers in aangrenzende villatuinen. Ook daar maar een vereniging tegen oprichten?